Brood en wijn

Ik herinner me als kind nog goed wanneer brood en wijn gedeeld werd in de kerk waar wij bij hoorden. Mijn ouders kleedden zich anders. Mijn vader deed het zwarte pak aan. De sfeer was anders dan op andere zondagen. Rustiger. En ’s middags hoefden we niet naar de kerk. Want daar hadden we toch niks aan. Heerlijk vond ik dat.

Toen ik wat ouder was. zocht ik zelf plaatsen op waar brood en wijn gedeeld werd. Ik vond het altijd een mooi ritueel om aan het einde van de dienst brood en wijn te delen. De liederen die dan werden gezongen en gespeeld spraken me aan. De woorden over de bevrijding uit de slavernij en de verzoening tussen mensen ook. Verbinding met anderen, daar ging het om. Hoe klein ook.

Vorige week dinsdag heb ik mijn tarwe, die ik in oktober 2022 gezaaid heb en in augustus 2023 geoogst, gedorst. Op een oude manier. Met het graan uit in 2021 heb ik brood gebakken: Een gewoon fijn volkoren en een brood met walnoten en vijgen. Met een beetje brie smaakt het heerlijk. We hadden oogstdag van de volkstuin waar de tarwe heeft gestaan en daar heb ik het brood gedeeld. Heerlijk om te doen. Om het brood terug te brengen naar de plaats waar het is gegroeid. Een kortere cirkel kun je niet maken.

Deze week was het de beurt aan de druiven achter het huis. Maandag eerst een deel geplukt en sap van gemaakt. We hadden een geweldige oogst. Soms zijn er wespen, soms zijn er merels, soms zitten de druiven onder de schimmels. Maar dit jaar was het heel goed. Mooi blad, mooie dikke druiven. We hebben er weleens wijn van gemaakt, maar dat is toch meer niveau chateau migraine. Nu hebben we van meer dan 30 kilo druiven meer dan 20 liter sap gemaakt. Het sap hebben we gedeeld met buren, familie en vrienden of geven we weg als cadeau.

En natuurlijk houden we een (groot) deel zelf. Zo ben ik dan ook wel weer.

13 september 2023

Until my dying day…

Tot de dag waarop ik sterf…. Ik werd getroffen door deze zin in de song Somewhere van Within Temptation *). Gelukkig voelt die dag niet als nabij. Ver weg zelfs en dat is een geluk.

Van de ene naar het andere moment kan het anders zijn, zo ervaren vrienden en familie van me. Deze tekst gaat niet over ziekte maar over een verloren liefde:
I ‘ll find you somewhere.
I’ll keep on trying
until my dying day.

Een verloren liefde heb ik niet en ook dat is geluk. Waarom de zin me raakte, is omdat deze niet over de dood gaat, maar over het leven. Over de tijd die je hebt. Over dat wat je nog mag en kunt doen. En hoe je daar invulling aan geeft.

Samen met wie ik ben zag ik de Engelse TV serie “The Split”. Het verhaal gaat over een familie die eigenaar is van een advocatenkantoor gespecialiseerd in echtscheidingen. De moeder is eigenaar, twee dochters zijn advocaat en de derde dochter is in de sixties blijven hangen en draagt bloemetjes jurken. Alle voor mij bekende vormen en varianten van scheidingen en niet scheidingen komen langs. Het is een mooie serie: wanneer je nog eens wilt bingen is het leuk hier naar te kijken. Na drie seizoenen ben je klaar.

Een van de verhalen in het derde seizoen is van een vrouw die ongeneeslijk ziek was en haar man niet met haar verschrikkelijke lot wilde belasten. Ze wendde voor dat ze wilde scheiden en dat ze naar Zurich ging verhuizen. Haar man was radeloos. Hij wilde eerst niet scheiden. Hij zag allerlei dingen als verborgen relaties. In zijn hoofd was hij hun hele leven langsgelopen. Dat moest het zijn, een verborgen relatie. Maar zij wilde “until haar dying day..”, tot haar dood, hem niet belasten. Ze had goed nagedacht, was niet dom en had haar eigen tijd ingedeeld. Het was niet uit egoïsme, maar uit altruïsme. Hoe kun je er naast zitten. Daar kwam ze samen ook achter in de laatste uitzending.
Hun tijd van leven werd totaal anders.

Het gaat dus over het leven. Wat we kunnen doen. Je kunt zeggen wat heeft het voor zin in de week van de Turks / Syrische aardbeving. Bij de pakken neer gaan zitten ligt voor de hand. Of nu deze dagen het voorjaarsoffensief in Oost Oekraïne op handen lijkt te zijn. Wanneer je de zwart/wit beelden van Eddie van Wessel op je in laat werken die hij daar maakte dan wordt je toch ter plekke depressief.

De titel van dit blog maakt me bewust dat ik dat niet wil. En dus ga ik door met de tuin, de molen, mijn treintjes en met de mensen om mij heen. De wereld een beetje mooier kleuren, zoals Herman van Veen dat al zong in “Anne”.

Soms lukt dat en sta je op zaterdagmorgen langs de lijn bij de pupillen.

11 februari 2023

*) Ik hoorde de uitvoering van dit nummer op het album Pure Air van Anneke van Giersbergen.

Zonder titel

Onlangs was ik in de kerk waar ik de eerste 25 jaar van mijn leven een vaste gast was. De dienst was toen in drieën op gebouwd, de preek was ook vaak in drieën en voor de preek beleden we allemaal de zonde die we als mens deden, de verlossing daarvan, die van God de Schepper van hemel en aarde kwam en de dankbaarheid die daarop volgde van ons als mensen. Meestal viel die dankbaarheid wel tegen, dus was er genoeg aanleiding om de week daarna opnieuw de zonde te belijden. We baden ons suf.

In die tijd schreef de theoloog Hans Kung het boek “Bestaat God?”. Het boek deed veel stof opwaaien. Hier ergens in huis in een kast staat een exemplaar. Het is een dikke pil met veel letters, waarin ik niet verder dan de titel ben gekomen. Die vraag echter intrigeert me van dag tot dag. Eigenlijk weet ik al jaren het antwoord: ik kan niet begrijpen dat we tot op de dag van vandaag in die poppenkast geloven. Zoveel imposante kerken, zoveel religieuzen, zoveel overtuiging bij zoveel mensen: toch, ik weet het niet. Wat is het alternatief voor God? Er moet iets zijn, zou je denken. Ergens is er een begin, weten astrologen. Toen ik kind was, dachten velen op basis van rekenkundige methoden vanuit de bijbel dat de Adam en Eva een paar duizend jaar voor Christus leefden. In totaal zou de aarde dus ongeveer 5.000 jaar oud zijn. Wanneer ik nu door het Deelerwoud loop, denk ik dat de slenken daar door een of andere ijstijd zijn ontstaan minstens zo oud zijn. Wat was daarvoor?

Net zomin als Hans Kung de vraag kan beantwoorden of God bestaat, kan ik die vraag beantwoorden. Ook al denk ik vaak dat het onmogelijk is dat er een god is en dat alle christenen en moslims een soort wappies zijn, die iets geloven wat in mijn ogen volslagen kolder is.

Deze week werd ik getroffen door een tweet met een citaat van Søren Kierkegaard: “Het gebed verandert niet God, maar het verandert degene die bidt.” Soms zie je voetballers bidden vlak voor een wedstrijd. Bidden ze om niet geblesseerd te raken of bidden ze God om de overwinning. Wanneer twee gelovigen uit twee elkaar bestrijdende teams tot God bidden, voor wie zal God dan kiezen? Dit is nog behoorlijk onschuldig. Maar wanneer twee Russisch orthodoxe soldaten tegenover elkaar staan in de frontlinie in de Donbass dan lijkt het mij een onmogelijke keuze voor wie dan ook. Ja, die Oekraïner heeft het recht aan zijn kant, zou je denken….

Bidden is dan iets psychologisch. Wat je hardop uitspreekt is iets waar je in gelooft, wat je als doel nastreeft. Je zegt het of in de intimiteit van een lege kamer, of in een gesprek met een geliefde of in de openbaarheid op Twitter. Je hebt een overtuiging die je onder woorden brengt en waar je naar gaat leven.

Over het bestaan van God zegt het niets.

15 augustus 2022

De holocaust niet vergeten

Ik had het al op tv gezien en vandaag was ik er zelf: in het holocaust monument in Amsterdam. Een verplicht nummer voor middelbare scholieren, zei ik tegen met wie ik ben. Je weet niet wat je ziet. Alle namen van hen die vanuit Nederland zijn vermoord in Nazi Duitsland. Onbeschrijfelijk.

Er waren veel mensen. De een belde naar huis: wat is de geboortedatum. De ander keek op internet. Weer een ander raakte voorzichtig de steen aan van een geliefde, alsof het de eerste keer was dat hij zijn geliefde kon aanraken. En dat was ook zo. Een derde was verbijsterd toen zij door een gids geleid werd naar haar nabestaanden. Een ongeveer negen jarige vroeg aan haar moeder: “Zijn al deze mensen vermoord?” Onbevattelijk: 102.000 bakstenen. Voor iedere dode een steen.

Wij gingen op zoek naar de joden uit mijn geboortestad. We zochten de familie De Levie. Niet dat ik er een band mee had. Mijn moeder had hun naam weleens genoemd. Ze hadden een slagerij . Op de site over joden in Ommen wordt, naast andere verhalen, hun verhaal verteld.

Deze 102.000 verdwenen mensen hebben een naam en een plaats gekregen in de geschiedenis. Een tijd geleden waren we in het holocaust monument in Berlijn. Blokken, groot en klein. Straten, oplopend en aflopend. Geen zicht op uitzicht. Hoe kun je je 6.000.000 doden herinneren? Het is eindeloos.

En nu hier in Amsterdam staan de namen van de Nederlandse joden in steen gegrift. Het is een aangrijpend monument. Geen steen is hetzelfde.

Dit monument laat je niet los. De holocaust vergeet je niet meer.

Ga kijken.

Amsterdam, 10 oktober 2021

Coronacrisis (14) – Stille zaterdag

Het is een rare tijd. De lucht vandaag is weer strak blauw. Geen vuiltje aan de lucht, zou je denken. Gisteren tegen de regels in van de ene stad naar de andere gefietst, door de bossen. Een weer terug. Prachtige tocht. Ook weer naar de markt geweest. Daar is het wel gevaarlijk, denk ik. Zoveel mogelijkheden tot besmetting. Iemand nabij is daar bang voor.

Zo langzamerhand komen we er achter dat het nog niet gedaan is. Mensen met een lichte besmetting bouwen onvoldoende anti-stoffen op. We moeten leren een anderhalve meter samenleving op te bouwen. Voor het eerst gaat door me heen: kunnen we volgend jaar wel op vriendenweekend met carnaval in 2021? Dat hebben we al 41 jaar gedaan. In mijn beeld is de KNVB helemaal van de pot gerukt. Ze moeten echt een viroloog in dienst nemen. Op 12 juli met 50.000 mensen de finale van de beker spelen…. Gelukkig hebben ze in Eindhoven het licht gezien. Voorlopig geen voetbal daar. Uitgesloten.

Het is ook stil op het spoor. Deze foto is gemaakt van de kaart van het spoor van vanochtend 10:53. Heel veel treinen uitgevallen.

Op straat zie je spelende kinderen die meedoen in de oproep om afstand te houden. Molens die een wit doek met een rood hart in de top hebben gehesen. En standbeelden met een mondkapje.

Morgen is het pasen en gaan we virtueel eieren tikken.

Paul Kusters in de Gelderlander vandaag.

11 april 2020