Midden Europa

Ik zit in de trein van Wenen naar Praag en blader door het boekje met toeristische tips van Praag. Ik lees over de Joden in Praag, over Jan Palach, Alexander Dubcek en Vaclav Havèl. Iets verderop in Europa woedt de oorlog in Oekraïne.

Ik denk na over Europa. Ik ben geen deskundige. Gaat het over angst? Zijn de Russen bang voor West-Europa? Zijn wij, West-Europeanen, bang voor de Russen? We vechten niet tegen de Russen, we willen graag hun gas. We vechten tegen Poetin. Zoals de Russen Hitler en Napoleon lieten vastlopen in de moerassen, zo hopen we dat Poetin vastloopt in Oekraïne.

Gaat het over buffers? Zit het Midden-Europa van Polen, Tsjechië, Hongarije en Oekraïne klem tussen de draaideur van Rusland, Duitsland en Frankrijk? Dan weer vallen ze onder de invloedssfeer van het westen, dan weer van het oosten. De oorlogen zijn de laatste driehonderd jaar talrijk geweest.

Wat wil het volk? Misschien is dat wel de belangrijkste vraag die niet relevant is. We waren gisteren op Schönbrunn in Wenen. Wat een pracht en een praal. Wie heeft dat gebouwd? De opdrachtgevers of de mensen, die het met hun blote handen bouwden? Het waren de tsaren in St. Petersburg die zo rijk waren, dat ze het zicht op de gewone man kwijt waren. En revolutie ontstond. Maar ook de mensen van de revolutie deden niet wat ze zeiden. Ze onderdrukten het volk. En de afgelopen weken praten we over de oligarchen die rijk geworden zijn dankzij Poetin en nu hun jachten moeten veilig stellen uit de havens van Monaco en Marbella. Ik heb het maar niet over Vitesse uit Arnhem, eigendom van een Rus, dat in een laffe verklaring niet de woorden oorlog en invasie gebruikte.

Ik weet het niet. Ik leef even gewoon door. Nooit had ik gedacht dat er in mijn leven nog een dreiging van een kernoorlog zou plaatsvinden. Ik dacht dat het in 1989 klaar was. Dat mijn protest in 1981 en 1983 geholpen had. Hoe naïef kon ik zijn?

En toch denk ik ook dat angst, afschrikking en oorlog niet de weg is. En dus blijf ik naïef. De enige weg is communicatie. Elkaar vertellen waarom en waarvoor je bang bent. Met elkaar in contact treden. Ik heb veel respect voor Zelensky, de premier van Oekraïne in oorlogstijd. Hij is helder naar Europa, hij is helder naar Poetin en hij is helder naar zijn volk. Ik zag gisteren een video, waarin hij zei waar hij zat en dat hij daar niet wegging en dat hij geen angst had. Dat vond ik sterk. Sterker dan de man die acht meter tafel nodig heeft om zich af te zonderen van zijn gevolg.

Gisteren waren we in Wenen bij de ambassade van Oekraïne en morgen gaan we in Praag naar dezelfde ambassade. Verder maken we plezier, al denken we, met wie ik ben en ik, voortdurend aan de oorlog. Cynische gedachten als ‘het leven gaat door’ en ‘voordat de bom valt…’ werpen we nog even verre van ons. Het is nog niet onomkeerbaar.

In de jaren zeventig hadden we autoloze zondagen en de gijzelingen van de Palestijnen. De laatste jaren hadden we gedonder met IS, waar we gisteren in Wenen ook nog aan herinnerd werden.

Praten met elkaar is misschien wel de enige oplossing. Ergens zal dat beginnen, misschien al wel in Turkije wanneer de ministers van buitenlandse zaken van Rusland en Oekraïne bij elkaar komen. Hoop doet leven!

9 maart 2022

NB.: Muurschildering in Wenen aan de Donau, waar we gisteren heerlijk in de zon zaten.

Oorlog

Het is oorlog in midden Europa. Al een dikke week en ik heb er nog niets over geschreven. Ik weet ook niet wat ik er over moet schrijven. Een aantal jaren geleden waren we in Moskou en Sint Petersburg. Ik vond dat een geweldige ervaring. Het was op het hoogtepunt van de welvaart voor de Russen. De steden blonken. Er was levendigheid, er werd getrouwd en er was feest op de kade bij de Hermitage.

We, met wie ik ben en ik, waren er in begin mei. Op de avond dat we aankwamen konden we nog op het Rode Plein. Daarna was het plein dicht voor de herdenking van het einde van de Tweede Wereldoorlog. De dag erop zagen we een deel van de parades en een deel van het feest in het park. We waren op het Poesjkinplein, voor en achter het Kremlin en bij het herdenkingsmonument voor de slachtoffers van de ramp van de voetbalwedstrijd in 1982 waar HFC Haarlem speelde.

We ervoeren de Russen als een trots volk. Wanneer je door Moskou, maar ook door Sint Petersburg loopt, blijkt dat uit alles: de decoraties, de gebouwen, de metro en de houding van de mensen op de bruggen en pleinen.

Ik wist natuurlijk van de rol van Poetin in Syrië, Georgië , Wit Rusland en de oosterse deelrepublieken van Oekraïne. Ik volgde de oorlog in Aleppo op de voet. Via livemaps. Hier zie je directe bronnen en directe beelden van de oorlog. De propaganda moet je zelf weten te scheiden. Shockerend zijn de beelden. Je wordt er soms letterlijk onpasselijk van. Toen in Aleppo en nu in Charkiv en straks in Kyiv en Lviv.

Ik ben zo naïef geweest dat ik dacht dat Poetin het land weer trots gegeven had, nadat in 1989 Gorbatsjow, in de ogen van de Russische elite, de boel had weggegeven. We dachten dat hij het wel goed kon vinden met het westen. Dat dacht ook onze prins toen hij een biertje zat te drinken met Poetin in Sotsji. Ik bevond me in goed gezelschap…

Maar die tijd is voorbij. Oekraïne gaat eraan. Poetin maakt alle steden kapot die zich niet direct overgeven. Aleppo is het voorbeeld. De studenten uit India hebben tot half maart de tijd om Charkiv te verlaten. Daarna wordt het één groot drama.

Ik ben van de generatie die geen oorlog heeft meegemaakt in eigen land. Ja, de kapingen van de Molukkers in de jaren zeventig. Maar oorlog? Ik ben van de de-escalatie periode. Hoe blij was ik dat de muur viel, 33 jaar geleden. Een periode van ongekende voorspoed volgde.

En nu weet ik het niet. Hoe krijgen we deze geest weer in de fles? Corona lijkt voorbij.

Na het schrijven van dit blog draaide ik Little Earthquakes van Tori Amos.

2 maart 2022